Kerkelijk traject
Commissie Toelating
De Commissie Toelating, benoemd door de Generale Synode, bestaat uit zeven ambtsdragers der kerk: vijf dienstdoende predikanten en twee ouderlingen. De Commissie bestaat momenteel uit dhr. R.O. de Boer (Rouveen), ds. W.M. van der Linden (Ouderkerk a/d IJssel), ds. A.P. Muilwijk (Ouddorp), dhr. J. van Ooijen (Nederhemert), ds. N. den Ouden (Leerbroek), ds. J.L. Schreuders (Boven-Hardinxveld) en ds. D. Zoet (Garderen).
De Commissie is geroepen de toelating tot de ambtsbediening te regelen. Zij heeft op drie momenten een gesprek met de studenten, die de kerkelijke opleiding (begeren te) volgen: bij de toelating tot de studie, de toelating tot de kansel en de toelating tot het ambt.
Voor de toelating tot de studie voert de Commissie een gesprek met de student, die zich heeft aangemeld en die - volgens een verklaring van de Docenten Kerkelijke Opleiding - voldoet aan de vereisten voor de studie. Hij die de kerkelijke opleiding en studie begeert te volgen, vraagt een attest van de kerkenraad, onder wiens opzicht hij valt. De kerkenraad geeft een indruk omtrent de persoon en een attest over leer en leven. Na het pastoraal getoonzette gesprek kan inschrijving in het Kerkelijk Album plaatsvinden.
Voor de toelating tot de kansel voert de Commissie opnieuw een gesprek met de student, die blijkens een daartoe overlegde verklaring van de Docenten Kerkelijke Opleiding genoegzame studieresultaten heeft verworven. Dit voortgaande gesprek spitst zich toe op de inhoud van de belijdenis, de gave om de Schriften te verklaren en de geschiktheid tot het ambt. Naar aanleiding van het gesprek kan de Commissie preekbevoegdheid verlenen aan de kandidaat. Deze bevoegdheid wordt verkregen voor de duur van een jaar. Indien verlenging van deze bevoegdheid wordt gewenst, kan opnieuw een gesprek plaatsvinden.
Voor de toelating tot het ambt voert de Commissie een gesprek met de student, die de toelating tot de ambtsbediening begeert en die naar uitwijzen van een door de Docenten Kerkelijke Opleiding opgestelde verklaring zijn wetenschappelijke vorming en studie aan de kerkelijke opleiding heeft voltooid, het leervicariaat naar tevredenheid heeft afgerond en een attest heeft overlegd van de kerkenraad onder wiens opzicht hij valt. De Docenten Kerkelijke Opleiding adviseren tevens over de geschiktheid tot het ambt. Het gesprek wordt gehouden voornamelijk naar aanleiding van een ruim tevoren door de kandidaat ingediende preek met orde van dienst. Naar aanleiding van het gesprek kan de Commissie de kandidaat toelaten tot de ambtsbediening, in welk geval zij hem beroepbaar stelt.
De commissie Opleiding en Vorming
De commissie Opleiding en Vorming is ingesteld door de Generale Synode vanuit haar zorg voor de opleiding en vorming van de dienaren des Woords. De commissie handelt in naam van en in verantwoordelijkheid aan de Generale Synode (Ord. 7.2.2).
De commissie heeft tot taak :
- het opzetten en inrichten van een volwaardige theologische opleiding voor de toekomstige dienaren des Woords
- het opzetten en organiseren van nascholing voor de dienaren des Woords, ten dienste van de voortgezette theologische studies en de toerusting tot het ambt
- het opzetten en organiseren van mentoraat, ten dienste van hen die nog maar pas in het ambt zijn bevestigd
- het opzetten en organiseren van studiedagen ten dienste van hen die de theologische opleiding volgen
- het (mede) bewaken van de inhoud en kwaliteit van de opleiding
- het behartigen van de belangen van de docenten en de studenten inzake opleiding en vorming
- het verstrekken van opleidingsadviezen aan commissie Toelating inzake het verlenen van preekconsent aan personen met een niet reguliere theologische opleiding of personen die vanuit andere kerken afkomstig zijn
- het opzetten en organiseren van voorlichtingsdagen ten dienste van hen die een theologische opleiding wensen te volgen
- verslaglegging naar de Generale Synode
Vanuit dit takenpakket is de commissie Opleiding en Vorming verantwoordelijk voor de kerkelijke opleiding van studenten aan het Hersteld Hervormd Seminarie. Het seminarie legt jaarlijks verantwoording af aan de commissie. Benoeming van docenten gebeurt door de Generale Synode op voordracht van de commissie.
Financiering van de opleiding vindt plaats onder verantwoordelijkheid van de synode. De begroting wordt opgesteld door de commissie Toezicht en Financiën.
De commissie Opleiding en Vorming wordt gevormd door 5 lidmaten van de kerk. Voorzitter is ds. D.J. Diepenbroek (Putten) secretaris dr. P. de Jong (Montfoort), leden zijn ds. K.J. Kaptein (IJsselmuiden-Grafhorst), prof. W. de Vries (Veenendaal), dhr. F. Links (Putten) en dr. R. Bisschop (Veenendaal).