Geschiedenis van het Gereformeerd Piëtisme
Geschiedenis van het Gereformeerd Piëtisme, zo heet het vak wat het afgelopen jaar in tweede jaar van de Master is gevolgd. Dr. J. van de Kamp bespreekt verschillende stromingen uit het verleden, zoals het Puritanisme, Duits Piëtisme en Nadere Reformatie. Van iedere stroming brengt hij bepaalde theologen voor het voetlicht en bespreekt hun gedachten. Theologen uit bovenstaande stromingen kunnen we pas goed verstaan als de historische context, waarin zij geleefd hebben, duidelijk is. Een voorbeeld is het Puritanisme. Velen van ons hebben boeken van deze theologen in de kast staan, maar de tijd waarin ze geleefd hebben en de strijd die zij op kerkelijk erf gevoerd hebben staat vaak verder weg. Als je hoort van burgeroorlogen, hoge kindersterfte en de macht van Rome binnen de kerk, krijg je bewondering voor de moed en de godsvreze van vele Puriteinen.
Het mooie is dat de docent de colleges geeft met veel citaten die de studenten hardop voorlezen en daarop moeten reageren. Dit geeft leerzame gesprekken en meestal komt uit de gesprekken naar voren hoe relevant de geschiedenis is voor nu. Om de studenten verder zo goed mogelijk bij les te houden, moeten er ook presentaties gemaakt worden over verschillende theologen uit verschillende stromingen. Dit is erg leerzaam, want iedere student wordt zo gedwongen verdiepend onderzoek te doen en dat te presenteren aan de andere studenten. Vooral de vraag naar de relevantie voor nu brengt de geschiedenis dichtbij en geeft onderwijs uit het verleden voor het heden. Zo krijg je van medestudenten onderwijs over belangrijke personen en onderwerpen uit het verleden. Zo krijgen we meer te horen over bijvoorbeeld de gezinsgodsdienst in de Nadere Reformatie, het speculatief en praktisch atheïsme in Nederland en Duitsland, de doop- en avondmaalpraktijk in de Nadere Reformatie, de prediking bij de Puriteinen, de visie van Teellinck op de economie, etc.
Heel nuttig is dat één presentatie per persoon zo voorbereid moest worden, alsof het voor een gemeenteavond gehouden werd. Een voorbeeld is de presentatie over de gezinsgodsdienst. Hierin komt heel sterk naar voren dat een opwekking binnen de kerk alles te maken heeft met de huisgodsdienst in de gezinnen. J.R. Beeke merkt scherp op dat gezinsgodsdienst het meeste verzuimde middel is voor gemeentegroei. Dit is brandend actueel voor onze tijd. Zo wordt geleerd dat de Dordtse Synode er al toe opriep dat de ouders hun kinderen ‘in de beginselen der Christelijke religie, op het vlijtigst naar eens ieders begrip moeten onderwijzen, ernstiglijk en met vlijt tot de vreze Gods en oprechte godzaligheid te vermanen, tot de oefening van heilige huisgebeden te gewennen, met zich mede te nemen tot het gehoor des Goddelijken Woords, de gehoorde predicatiën inzonderheid de catechetische, vlijtig met hen te verhalen, eenige kapittels der heilige Schrift voor te lezen, of ter voorlezing te geven, de uitnemendste plaatsen der Schriftuur te geven om van buiten te leeren, en in te prenten (…)’ Deze spiegel zal menig gezin verootmoedigen, maar ook aanzetten tot huisgodsdienst in het besef dat dit de weg is waarin God ons en onze kinderen onderwijst in de weg der zaligheid.
Afsluitend kan er met verwondering en dankbaarheid teruggekeken worden op waardevolle colleges. De uitroep, Ad Fontes (terug naar de bronnen), blijft ook voor onze tijd gelden. Onderzoek vanuit het verleden met de relevantie voor nu is hard nodig. Alleen wie bedelt bij de bronnen zal ook vreugde vinden uit de bronnen.
Kees Buijs